Ard Korporaal en Damien Folkerts hebben daags voor de Korfbal Leaguefinale bekend gemaakt dat zij ook de komende drie seizoenen aan de club verbonden blijven. Hun huidige contract liep nog door tot en met volgend seizoen, maar daar zullen nog minimaal twee seizoenen aan worden toegevoegd. “We merken dat een dergelijke verlenging rust in zowel de groep als de club brengt.”
Vlak voor de Europa Cupfinale van 2020 verlengden Korporaal en Folkerts hun contract al met twee extra seizoenen. Destijds een bewuste keuze. Korporaal: “We merkten aan de verlenging van twee jaar geleden dat een samenwerking voor een langere periode rust brengt in de club. De spelers met wie je werkt weten dan ook dat deze trainers er ook de komende seizoenen nog staan. Dat is de reden dat we ook nu weer voor een verlenging van drie seizoenen kiezen.”
Daar komt bij dat Folkerts en Korporaal ook niet enkel op sportief succes gefocust zijn. Folkerts: “Kijk, in 2019 werden we kampioen van Nederland, toen hadden we sportief gezien het maximaal haalbare bereikt. Maar qua potentie zat er nog zoveel in de groep. Ook die willen we eruit halen. Kijk je naar volgend seizoen, dan behoren we natuurlijk tot de top van de competitie. Met zo’n spelersgroep kun je niets anders zeggen. Maar als club en als selectie liggen er nog steeds ontwikkelmogelijkheden. We kunnen nog steeds stapjes zetten. We willen en kunnen steeds meer en we worden steeds beter. En de vereniging heeft ook aangegeven dat we dat nog beter kunnen en gaan faciliteren. Dat vind ik mooie ontwikkelingen.”
Bovendien vindt Korporaal het misschien nog wel mooier als zijn spelers zich ook als mens ontwikkelen. “Ik vind het zo mooi dat ik daar als trainer een kleine bijdrage aan mag leveren. Juist niet alleen op korfbal-technisch vlak bezig zijn met ontwikkelen. Kijk bijvoorbeeld naar Daan die als junior binnenkwam, hoe volwassen hij zich nu in het veld gedraagt. Maar ook Joren. Hij kwam er al heel vroeg bij, omdat we hem toen nodig hadden toen we bijna degradeerden. Hij komt nu moeiteloos mee. Elke training gaat hij tot het uiterste en hij staat nu tussen die grote namen, zijn basisniveau is echt omhoog.”
Maar ook de ontwikkeling van de eigen jeugd is iets waar de trainers nadrukkelijk mee bezig blijven. Folkerts: “Kijk, als wij wellicht over drie jaar vertrekken, dan willen we dat er een selectie staat waar de vereniging zich in herkent. Uiteindelijk verbindt het eerste team de vereniging. Dat betekent ook dat er eigenlijk iedere twee tot drie jaar minimaal een speler uit de eigen jeugd moet doorstoten naar het eerste. En dan bedoel ik geen speler die in het tweede is gekomen, maar personen als Thomas, Daan, Eva, Kay en in het verleden natuurlijk Claire.”
Doordat de selectie op een steeds hoger niveau is komen te spelen, is die stap uiteraard ook groter geworden, maar daar haakt Korporaal op in. “Ik zei het na de gewonnen wedstrijd van het tweede in de kruisfinale tegen PKC al tegen Damien. Ik ben er echt van overtuigd dat spelen in ons tweede team nog veel beter is voor de ontwikkeling van die jonge spelers. Kijk naar Fabiënne, Roos, Kay en Wouter, die in de eerste play-off erin kwamen, ze spelen tijdens trainingen tegen de beste spelers van de competitie. We trainen veel met 1 en 2 gemengd en dan moeten ze echt hard spelen. Dat werkt veel beter dan naar een andere vereniging gaan waar je direct weer de beste speler van het team bent.”
Bovendien leren ook Folkerts en Korporaal graag door. Korporaal: “Als ik terugkijk naar hoe ik dingen tien jaar geleden deed, dan is dat echt veranderd. Ik heb een heel andere kijk op het spel. Eigenlijk is bijna alles anders. Vroeger trainden we bijvoorbeeld veel core stability, nu trainen we alleen nog maar korfbal. Maar ook het feit dat we nu drie avonden per week kunnen trainen op goede tijden, draagt bij. Herstel is belangrijk en daarom is het goed dat we niet meer op avonden pas om half elf klaar zijn met trainen.”
En ook op het gebied van data blijven de heren innoveren. Folkerts: “Uiteindelijk zou het ultieme zijn wanneer de emotie uit het spel wordt gehaald. Daarmee bedoel ik voornamelijk dat je dus echt op basis van data kunt bepalen of een wedstrijd goed was of niet. Dat staat dan ook los van het resultaat. Daar kunnen wij als club, maar ook als sport, echt nog wel stappen zetten. Uiteindelijk wil je een ideale opstelling kunnen maken op basis van data en deze op basis van de data van de tegenstander eventueel kunnen aanpassen. En we hebben al heel veel data. Maar ik ben ervan overtuigd dat er nog meer mogelijk is.”
Om die leercurve te blijven doorzetten kijken Korporaal en Folkerts ook in de keuken bij andere sporten en topsporters. “Bij volleybal en basketbal heb je een startend team, maar daar komen altijd spelers vanaf de zijkant in”, begint Folkerts. “Die kant willen wij ook meer op en dus is het interessant om te leren van hoe zij omgaan met de betrokkenheid van hun gehele groep.” Korporaal: “Fortuna faciliteert ons op dit gebied, zo hebben wij onlangs gezeten met Olympisch volleybalkampioen Peter Blangé, hebben we meegekeken bij de Nederlandse turnploeg en hebben we een samenwerking met Hudito. En in de komende seizoenen zullen er meer van dit soort dingen plaatsvinden. Dat vinden wij belangrijk, maar we geloven ook dat het bijdraagt aan de selectie en de vereniging.”
Want uiteindelijk zijn de beide heren het daar ook unaniem over eens: “Mochten wij over drie jaar vertrekken dan willen we dat er een herkenbare Fortuna-selectie staat, een selectie die verbindt. Daarnaast willen we ook dat er een basis staat van een dermate niveau dat een eventuele opvolgers eenvoudig kan instappen en weer iets extra’s kan toevoegen.”
Beide heren kijken uit naar de verlengde samenwerking. Korporaal: “We hebben al een aantal spelers gesproken en hen de vraag gesteld of ze het echt zeker weten dat ze ook de komende seizoenen met ons werken. Dat kan namelijk betekenen dat ze misschien wel nooit een andere trainer krijgen, dan ik. Zij zeggen unaniem ja en dat geeft ons ook vertrouwen.” Daar voegt Folkerts aan toe dat het ook fantastisch is om met deze groep te werken. “Het is echt een voorrecht om deze groep onder je hoede te hebben. Ze zetten een unieke, inclusieve sfeer neer waar iedereen zichzelf kan zijn. De dragende spelers zijn ook echt de cultuurbewakers. Prachtig en dat zie je in de gehele groep. Ik word daar heel blij van.”
